Voorschoolse educatie (VVE)

VOORSCHOOLSE EDUCATIE (VVE)

PIRAMIDE-METHODE (VVE)


Er zijn meerdere educatieprogramma’s beschikbaar voor de voorschoolse educatie. Bij Joesboef hebben we gekozen voor het gebruik van het totaalprogramma, de Piramide-methode. Dit is een voor- en vroegschools (VVE) educatieprogramma.

 

Kinderen ontdekken de wereld spelenderwijs. Met de uitdagende activiteiten van Piramide is dit een feest. Het initiatief ligt in eerste instantie bij de kinderen. De pedagogisch medewerksters begeleiden de kinderen op een slimme wijze bij het spelen en leren. Op deze manier wordt elk thema dat aan bod komt telkens verder verkend en is verdieping ‘ingebakken’.

 

Het programma gaat thuis door. Dit helpt om meer diepgang te geven aan de verschillende onderwerpen. Zo vragen we nadrukkelijk om kinderen thuis voor te lezen. Daarnaast stimuleren we ouders om hun kinderen mee te nemen naar de bibliotheek. Voor kinderen is dit gratis.

 

De Piramide-methode werkt met twaalf thema’s, verdeeld over een jaar. De methode start bij kinderen vanaf 2,5 jaar.

Ook voor kinderen jonger dan 2,5 jaar bieden we een voorschools educatieprogramma aan: al spelend leren ze de thema’s van de Piramide-methode kennen. - Joesboef

De methode bestaat uit 4 stappen:

Oriëntatie

Demonstratie

Verbreden

Verdiepen

Bij elk nieuw thema krijgen ouders een brochure met achtergrondinformatie, speltips, boekentips en een woordenlijst van woordjes die tijdens het thema worden behandeld. Zo kunt u zelf thuis samen met uw kind aan de slag. Veel ouders vinden dat de nieuwe begrippen die tijdens een thema naar voren komen, een belangrijke bijdrage leveren in het vergroten van de woordenschat van hun kind. Door ze ook thuis te gebruiken, blijven de begrippen ‘leven’ en krijgen ze snel een plek. Onze pedagogisch medewerksters sturen hier in aan door met gerichte tips te komen en stimuleren de ontwikkeling door hier regelmatig op terug te komen.

Een klassiek voorbeeld is het tonen van een zaadje. De pedagogisch medewerksters vertellen dat er uit het zaadje een plant komt. Het zaadje wordt daarna geplant in een pot met aarde. Vervolgens komt het zaadje uit. Er ontstaat een plant, met bladeren.

 

Door het zaadje voldoende water te geven, komt er uiteindelijk een bloem. Bij elke stap vertelt de pedagogisch medewerkster de kinderen iets over het zaadje, en wat er nog gaat komen. Op deze manier hebben de kinderen niet alleen gehoord wat er met een zaadje gebeurt, maar hebben ze dit ook zelf ervaren. Zo weten ze precies welke woorden er bij welke fase van de groei horen.

De Piramide-methode biedt twee manieren om te evalueren: op basis van de dagelijkse observatie worden spellen en projecten direct aangepast aan de behoeften van de kinderen op de groep. Op basis van systematische evaluatie wordt op een specifiek moment de voortgang van elk kind getoetst. Op deze manier wordt tijdig ontdekt of kinderen extra hulp nodig hebben en waar eventueel bijgestuurd moet worden.

Daarbij is er aandacht voor alle ontwikkelingsgebieden:

persoonlijkheidsontwikkeling

sociaal-emotionele ontwikkeling

motorische ontwikkeling

kunstzinnige ontwikkeling

ontwikkeling van de waarneming

denkontwikkeling en ontwikkeling van het rekenen

taalontwikkeling en ontwikkeling van lezen en schrijven

oriëntatie op ruimte, tijd en wereldverkenning

De ontwikkelingsgebieden worden altijd samenhangend behandeld. Op deze manier leren kinderen te groeien naar zelfstandigheid en leren ze prettig met elkaar om te gaan. Ze hebben vooral veel plezier in het spel. We besteden niet alleen aandacht aan cognitieve vaardigheden, maar bijvoorbeeld ook aan sociale en motorische vaardigheden.

 

Uit verschillende onderzoeken blijkt dat de Piramide-methode goed werkt: kinderen met een achterstand in hun ontwikkeling kunnen deze inlopen. Dit gaat niet ten koste van kinderen die geen achterstand hebben.

 

Kinderen die extra hulp nodig hebben of kinderen die juist heel erg voor lopen, worden ondersteund door onze tutoren. Dit zijn getrainde pedagogisch medewerksters. Voor elk kind wordt een kinddossier aangemaakt, waarin we observaties, toetsgegevens en eventueel handelingsplannen bijhouden. Met het volgsysteem volgen we de ontwikkeling van het kind en kunnen we die vergelijken met die van leeftijdgenootjes.